- Voertuigen met één eenheid met een GVWR van 26.001 pond of meer.
- Voertuigen die zijn ontworpen om 16 of meer passagiers te vervoeren, inclusief de bestuurder.
- Landbouwvoertuigen, zoals tractoren en maaidorsers, als het voertuig niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt.
- Brandweer- en wetshandhavingsvoertuigen.