1. Pakking- of afdichtingsfout :Na verloop van tijd kunnen pakkingen en afdichtingen in de transmissie verslechteren of beschadigd raken, wat tot lekkages kan leiden. Wanneer de auto niet wordt gebruikt, kan de transmissievloeistof langzaam door deze aangetaste gebieden naar buiten sijpelen.
2. Losse bouten of pluggen :Als de bouten of pluggen op de transmissie niet goed zijn vastgedraaid of losraken, kan er een opening ontstaan waardoor er vloeistof kan lekken. Trillingen en bewegingen tijdens het rijden kunnen deze verbindingen soms tijdelijk vastzetten, maar wanneer de auto stilstaat kan de lekkage merkbaar worden.
3. Beschadigde transmissiepan :De transmissiebak, waarin de transmissievloeistof zit, kan scheuren of gaten krijgen als gevolg van slijtage, roest of stootschade. Deze schade kan lekkage veroorzaken als de auto stilstaat, omdat de vloeistof zich ophoopt in de pan en uiteindelijk naar buiten druppelt.
4. Gebarsten transmissielijnen :De transmissieleidingen, die vloeistof van en naar de transmissie transporteren, kunnen na verloop van tijd broos worden of barsten, vooral bij oudere voertuigen. Deze scheuren kunnen leiden tot lekkages als er niet met de auto wordt gereden, omdat er geen druk van de vloeistofophoping in de leidingen aanwezig is om ze afgedicht te houden.
5. Defecte afdichting van de koppelomvormer :De koppelomvormer, een onderdeel van de transmissie, is verbonden met de motor en bevat vloeistof om vermogen over te brengen. Als de afdichting tussen de koppelomvormer en de transmissie defect raakt, kan dit een lek veroorzaken als de auto niet rijdt, omdat de vloeistof terug in de transmissiebak kan wegvloeien en eruit kan lekken.
Het is belangrijk om transmissielekken onmiddellijk aan te pakken, omdat deze kunnen leiden tot onvoldoende vloeistofniveaus en mogelijke schade aan de transmissie. Als u een lek opmerkt terwijl er niet met uw auto wordt gereden, is het raadzaam om deze te laten inspecteren en repareren door een gekwalificeerde monteur om verdere problemen te voorkomen.