Wanneer u het rempedaal indrukt, gebruikt een zuiger in de hoofdcilinder de kracht van de remvloeistof om de remblokken tegen de remschijven of -trommels te duwen, waardoor wrijving ontstaat en het voertuig wordt afgeremd. Dit proces vindt plaats ongeacht of de motor draait of niet, zolang er voldoende remvloeistof in het systeem zit.
Het is belangrijk op te merken dat bepaalde geavanceerde rijhulpsystemen (ADAS) die afhankelijk zijn van de motor of elektrische stroom, uitgeschakeld kunnen worden wanneer de motor afslaat. De primaire mechanische remfunctie blijft echter werken, zodat u het voertuig nog steeds veilig kunt stoppen.
Houd altijd rekening met uw omgeving en wees voorbereid op mogelijke motorstoringen, vooral als u een voertuig met handgeschakelde versnellingsbak bestuurt. Als de motor tijdens het rijden afslaat, blijf dan kalm en schakel soepel over op het gebruik van de remmen om te vertragen en tot stilstand te komen. Als de motor afslaat in een gevaarlijke of onvoorspelbare situatie, moet u mogelijk de parkeerrem gebruiken om de controle over het voertuig te behouden totdat u het veilig tot stilstand kunt brengen.
