Auto >> Automobiel >  >> Auto zorg

Hoe zet je een auto vast op een vrachtwagen met dieplader?

Volg deze stappen om een ​​auto op de juiste manier aan een vrachtwagen met dieplader te bevestigen:

1. Verzamel je materialen:

*Sterke ketens , touwen of spanbanden

*Ratels * of andere spaninrichtingen

*Wielkeggen *

*Kettingen van verschillende lengtes *

*Inbindstaven

*Randbeschermers (om schade aan de lak van de auto te voorkomen)

2. Laad de auto:

Plaats de auto in het midden van de dieplader, evenwijdig aan de zijkanten van de vrachtwagen.

3. Schakel de parkeerrem in en zet de auto in een versnelling (parkeer voor een automaat of de eerste versnelling voor een handgeschakelde versnellingsbak).

4. Plaats wielblokken achter de voor- en achterwielen van de auto.

3. Zet de voorwielen vast:

Zet de voorwielen vast door kettingen of spanbanden rond de onderste draagarmen of rond de wielen zelf te wikkelen, door de spaken heen.

5. Zet de kettingen vast door de ratelsleutels aan te spannen of een bindstang te gebruiken.

6. Zorg ervoor dat de kettingen strak staan, maar niet te strak.

4. Zet de achterwielen vast:

Zet de achterwielen op dezelfde manier vast, wikkel kettingen of spanbanden rond de onderste bedieningsarmen of wielen en zet ze stevig vast.

5. Zet het midden van de auto vast:

Gebruik kettingen om het midden van de auto aan de laadvloer te bevestigen. Bevestig één ketting aan de voorste bevestigingspunten, leid deze door het midden van de auto en bevestig deze aan de achterste bevestigingspunten.

Span de kettingen stevig aan en zorg ervoor dat de auto stabiel staat en niet schommelt of verschuift.

6. Extra beveiliging:

Als u randbeschermers heeft, plaats deze dan op de randen van de auto waar de kettingen of sjorpunten contact maken om schade te voorkomen.

Gebruik bindstaven om losse uiteinden of overtollige kettinglengte vast te zetten.

7. Controleer opnieuw en pas aan:

Inspecteer zorgvuldig alle spanbanden, kettingen en ratels om er zeker van te zijn dat alles goed vastzit.

Schud de auto voorzichtig heen en weer om er zeker van te zijn dat deze stabiel staat.

8. Rijd voorzichtig:

Rijd langzaam en voorzichtig en vermijd plotselinge stops en bochten.

Controleer regelmatig de spanbanden en kettingen om er zeker van te zijn dat ze tijdens het transport veilig blijven.