1. Wanbetaling:Als de kredietnemer de vereiste betalingen, zoals overeengekomen in de lening- of kredietovereenkomst, niet doet, kan de schuldeiser het voertuig terugnemen.
2. Contractbreuk:Als de lener een van de voorwaarden van de lening of de zekerheidsovereenkomst schendt, zoals het niet afsluiten van een verzekering of het toestaan van ongeoorloofde wijzigingen aan het voertuig, kan dit resulteren in terugname.
3. Het niet naleven van de kennisgeving van terugneming:In de meeste rechtsgebieden moeten schuldeisers een kennisgeving van terugneming overleggen voordat zij bezit nemen van een voertuig. Als de lener niet voldoet aan de voorwaarden die in de kennisgeving zijn vermeld, kan terugneming plaatsvinden.
4. Einde leasetermijn:Als de lener een voertuig leaset en de leaseperiode is afgelopen, kan de schuldeiser de auto terugnemen als deze niet wordt ingeleverd in overeenstemming met de leaseovereenkomst.
5. Faillissement of insolventie:Als de lener faillissement aanvraagt of insolvent wordt, kunnen crediteuren het voertuig terugnemen als onderdeel van de faillissementsprocedure om de uitstaande schuld te innen.
6. Verbergen of verkeerde voorstelling van zaken:Pogingen om het voertuig te verbergen of valse informatie aan de schuldeiser te verstrekken over de locatie van het voertuig kunnen tot inbeslagname leiden.
Het is belangrijk op te merken dat de specifieke wetten met betrekking tot terugneming in verschillende rechtsgebieden kunnen verschillen. Leners moeten daarom de relevante wetten en lening- of zekerheidsovereenkomsten raadplegen om hun rechten en plichten te begrijpen.