1. Zoek de vacuümleidingen op uw carburateur. Er komen drie vacuümlijnen:een grote vacuümlijn, een middelgrote vacuümlijn en een kleine vacuümlijn.
2. De grote vacuümleiding wordt aangesloten op het inlaatspruitstuk. Het inlaatspruitstuk bevindt zich bovenaan de motor en is de plek waar alle brandstof en lucht met elkaar worden gemengd.
3. De middelgrote vacuümleiding wordt aangesloten op de verdeler. De verdeler bevindt zich aan de zijkant van de motor en is verantwoordelijk voor het verdelen van de vonk naar de bougies.
4. De kleine vacuümleiding wordt aangesloten op de brandstofdrukregelaar. De brandstofdrukregelaar bevindt zich bovenaan de brandstofinjectorrail en is verantwoordelijk voor het regelen van de brandstofdruk.
5. Nadat u alle vacuümleidingen heeft aangesloten, kunt u de motor starten en controleren op vacuümlekken. Als er een vacuümlek is, hoort u een sissend geluid. Als u een sissend geluid hoort, moet u de vacuümleidingen strakker aanspannen totdat het sissend geluid verdwijnt.
6. Als u er zeker van bent dat er geen vacuümlekken zijn, kunt u het luchtfilter weer op de motor plaatsen.