1. Zoek de olievuldop. Het bevindt zich meestal bovenaan de motor, vlakbij de achterkant. Het kan zwart of oranje van kleur zijn en er staat het oliesymbool op.
2. Verwijder de olievuldop. Zorg ervoor dat u het niet in de motor laat vallen.
3. Gebruik een trechter om olie aan de motor toe te voegen. De hoeveelheid olie die u moet toevoegen, hangt af van hoe laag het oliepeil is. Raadpleeg de gebruikershandleiding voor het aanbevolen oliepeil.
4. Plaats de olievuldop terug. Zorg ervoor dat deze stevig vastzit.
5. Start de motor en laat deze enkele minuten draaien. Hierdoor circuleert de olie door de motor.
6. Controleer het oliepeil opnieuw. Als het nog steeds laag is, voeg dan meer olie toe.