1. Controleer de accuaansluitingen om er zeker van te zijn dat ze schoon en goed vastzitten. Losse of gecorrodeerde verbindingen kunnen ervoor zorgen dat de batterij niet goed wordt opgeladen.
2. Als de accuverbindingen goed vastzitten, test dan uw accu met een voltmeter of een accutester om de spanning te controleren. Als de accuspanning lager is dan 12,6 volt wanneer de auto uitgeschakeld is, moet deze mogelijk worden opgeladen of vervangen.
3. Als de accuspanning hoger is dan 12,6 volt, controleer dan de aandrijfriem die de dynamo aandrijft. Een losse of kapotte riem kan voorkomen dat de dynamo stroom genereert om de accu op te laden.
4. Als de aandrijfriem in goede staat verkeert, kunt u uw voertuig naar een monteur brengen om te controleren op andere problemen in het laadsysteem, zoals een defecte dynamo, spanningsregelaar of bedradingsproblemen.
