- Brandstofpomp: De brandstofpomp kan nog enkele seconden blijven draaien nadat de motor is uitgeschakeld, om de brandstofdruk in het systeem op peil te houden.
- Radio: De radio blijft mogelijk werken nadat de motor is uitgeschakeld, als deze op een hulpstroomcircuit is aangesloten.
- Kachelventilatormotor: De verwarmingsblowermotor kan nog een korte tijd blijven draaien nadat de motor is uitgeschakeld, om de warme lucht van de motor door de cabine te helpen circuleren.
- Bijkomende apparaten: Andere accessoires, zoals elektrisch bedienbare ruiten, schuifdak en sloten, kunnen nog een tijdje blijven werken nadat de motor is uitgeschakeld, als ze zijn aangesloten op een hulpvoedingscircuit.