1. Controleer de luchtbrandstofsensor:
- Zoek de luchtbrandstofsensor (meestal in de buurt van het uitlaatspruitstuk).
- Inspecteer de sensor op eventuele fysieke schade, zoals scheuren of verkleuring.
- Controleer de sensorconnector om er zeker van te zijn dat er geen losse verbindingen of corrosie zijn.
2. Test de spanning van de luchtbrandstofsensor:
- Voor deze stap heeft u een multimeter nodig.
- Stel uw multimeter in om DC-volt af te lezen.
- Koppel de connector van de luchtbrandstofsensor los.
- Raak één multimeterkabel aan op de signaaldraad van de sensorconnector (meestal een zwarte draad) en de andere op de aarde.
- Controleer de spanningswaarde.
- Normaal gesproken zou de spanningswaarde moeten schommelen tussen 0,2 en 1,0 volt wanneer de motor stationair draait.
3. Inspecteer de bedrading en connectoren:
- Zoek naar beschadigde of losse bedrading die verband houdt met de luchtbrandstofsensor.
- Controleer de aansluitingen op de motorregeleenheid (ECU) van het voertuig om er zeker van te zijn dat ze goed vastzitten.
- Verwijder eventuele corrosie van de bedrading of connectoren met behulp van een elektrische contactreiniger.
4. Vervang de luchtbrandstofsensor:
- Als de sensorspanningswaarde onjuist is of als er zichtbare tekenen van schade zijn, vervang dan de luchtbrandstofsensor.
- Volg de specifieke instructies in de reparatiehandleiding van uw voertuig voor het vervangen van de sensor.
5. Probleemcode resetten:
- Nadat u de sensor heeft vervangen of andere problemen heeft opgelost, reset u de foutcode P1150 door de accu van het voertuig een paar minuten los te koppelen.
Nadat u deze stappen hebt uitgevoerd, start u uw voertuig en controleert u of de P1150-code is gewist. Als het probleem aanhoudt of als het controlelampje blijft branden, is het raadzaam om uw auto te laten diagnosticeren door een professionele monteur of een Toyota-dealer om de onderliggende oorzaak verder te identificeren en op te lossen.