- Doorgebrande zekering: Controleer de zekeringkast op een doorgebrande zekering met het label 'remlichten' of 'stoplichten'. Vervang de zekering als deze is doorgebrand.
- Defecte remlichtschakelaar: De remlichtschakelaar bevindt zich onder het rempedaal. Controleer de schakelaar op schade of corrosie. Als de schakelaar defect is, vervang deze dan.
- Defecte bedrading: Controleer de bedrading van de remlichten op schade of corrosie. Repareer of vervang beschadigde bedrading.
- Defecte lampen: Controleer de remlichtlampen om er zeker van te zijn dat ze niet zijn doorgebrand. Vervang eventuele doorgebrande lampen.
- Slechte grond: Controleer de massadraad van de remlichten om er zeker van te zijn dat deze goed is aangesloten. Maak de aardedraadaansluiting schoon als deze gecorrodeerd of los zit.
Als u al deze punten heeft gecontroleerd en de remlichten nog steeds niet werken, moet u uw voertuig mogelijk naar een gekwalificeerde monteur brengen voor verdere diagnose en reparatie.