1. Parkeer uw auto op een vlakke ondergrond en zet de motor af.
2. Open de motorkap van het voertuig.
3. Verwijder de motorkap door de kap aan de bestuurderszijde los te klikken en de kap eraf te tillen.
4. Zoek het luchtfilterhuis. Het is een zwarte plastic doos aan de passagierszijde van de motorruimte.
5. Maak het deksel van het luchtfilterhuis los.
6. Verwijder het oude luchtfilter uit de behuizing.
7. Inspecteer het luchtfilter op vuil en puin. Als het luchtfilter vuil is, vervang het dan door een nieuw exemplaar.
8. Plaats het nieuwe luchtfilter in de behuizing. Zorg ervoor dat het luchtfilter goed op zijn plaats zit.
9. Plaats het deksel van het luchtfilterhuis terug.
10. Plaats de motorkap terug en sluit de motorkap van het voertuig.