1. Zoek het DRL-relais in de motorruimte. Deze bevindt zich meestal in de buurt van de accu of de zekeringkast.
2. Verwijder het DRL-relais uit de fitting.
3. Start de motor en controleer of de DRL's uitgeschakeld zijn.
4. Als de DRL's nog steeds branden, zoek dan de DRL-zekering in de zekeringenkast en verwijder deze.
Waarschuwing
> Als u de dagrijverlichting (DRL) uitschakelt, kan uw auto minder zichtbaar zijn voor andere bestuurders, waardoor de kans op een ongeval toeneemt. Het wordt aanbevolen om de DRL's alleen uit te schakelen als u rijdt in omstandigheden waarin ze niet nodig zijn, zoals 's nachts of bij mistig weer.