Lage transmissievloeistof:Als de transmissievloeistof laag is, kan dit ertoe leiden dat de transmissie slipt en rammelt wanneer u schakelt. Controleer het transmissievloeistofpeil en voeg indien nodig meer toe.
Versleten transmissiesteunen:De transmissiesteunen houden de transmissie op zijn plaats en helpen trillingen te absorberen. Als de transmissiesteunen versleten zijn, kunnen ze ervoor zorgen dat de transmissie beweegt en rammelt wanneer u schakelt. Inspecteer de transmissiesteunen en vervang ze indien nodig.
Slechte u-gewrichten:De u-gewrichten verbinden de transmissie met de aandrijfas en zorgen ervoor dat de aandrijfas kan draaien. Als de u-verbindingen slecht zijn, kunnen ze ervoor zorgen dat de aandrijfas vastloopt en klontert wanneer u schakelt. Inspecteer de u-verbindingen en vervang ze indien nodig.
Slechte transmissie:In sommige gevallen kan een transmissiebonk worden veroorzaakt door een slechte transmissie. Als de transmissie slecht is, moet deze mogelijk opnieuw worden opgebouwd of vervangen.
Andere factoren
Vuile of verontreinigde transmissievloeistof:Als de transmissievloeistof oud is of niet regelmatig is ververst, kan deze vervuild raken met vuil, metaalspaanders en ander vuil. Deze vervuiling kan ervoor zorgen dat de transmissie slipt en aarzelt bij het schakelen.
Defecte drukregelingsolenoïde:De drukregelingsolenoïde regelt de stroom transmissievloeistof naar de koppelingen van de transmissie. Als de drukregelsolenoïde defect is, kan dit ervoor zorgen dat de transmissie hard verschuift en een rammelend geluid maakt.
Onjuist type transmissievloeistof:Als het verkeerde type transmissievloeistof in uw voertuig wordt gebruikt, kan dit transmissieproblemen veroorzaken. Automatische transmissievloeistoffen variëren qua viscositeit, wrijvingsverbeteraars en additieven, en het gebruik van het verkeerde type kan de prestaties van uw transmissie beïnvloeden.