Parkeer de auto op een vlakke ondergrond en zet de motor af. Schakel de parkeerrem in.
Stap 2:Koppel de negatieve accukabel los
De negatieve accukabel is meestal zwart en is gemarkeerd met een "-" teken. Gebruik een sleutel om de bout los te draaien waarmee de kabel aan de accupool is bevestigd.
Stap 3:Koppel de positieve accukabel los
De positieve accukabel is meestal rood en gemarkeerd met een "+" teken. Gebruik een sleutel om de bout los te draaien en de kabel te verwijderen.
Stap 4:Verwijder de batterijhouder
De batterijhouder is een beugel die de batterij op zijn plaats houdt. Gebruik een sleutel om de bouten los te draaien en de houder te verwijderen.
Stap 5:Haal de batterij eruit
Til de accu voorzichtig uit de motorruimte.
Stap 6:Installeer de nieuwe batterij
Plaats de nieuwe accu in de motorruimte. Zorg ervoor dat u de positieve en negatieve aansluitingen correct uitlijnt.
Stap 7:Zet de batterijhouder vast
Vervang de accuhouder en draai de bouten vast.
Stap 8:Sluit de positieve accukabel aan
Sluit de positieve accukabel aan op de positieve pool van de accu. Draai de bout vast.
Stap 9:Sluit de negatieve accukabel aan
Sluit de negatieve accukabel aan op de negatieve pool van de accu. Draai de bout vast.
Stap 10:Start de auto
Start de auto en laat hem een paar minuten draaien. Hierdoor kan de batterij worden opgeladen.