Brandstofdruk: Controleer de brandstofdruk om er zeker van te zijn dat deze binnen de specificaties van de fabrikant ligt. Als de brandstofdruk te laag is, krijgt de motor mogelijk niet voldoende brandstof om goed te starten.
Koelvloeistoftemperatuursensor: De koelvloeistoftemperatuursensor vertelt de motorcomputer wat de temperatuur van de motor is. Als de sensor defect is, stuurt deze mogelijk een verkeerd signaal naar de computer, waardoor de motor te rijk of arm kan worden, waardoor het moeilijk wordt om te starten.
Stationaire luchtregelklep: De stationairluchtregelklep regelt de hoeveelheid lucht die het gasklephuis omzeilt wanneer de motor stationair draait. Als de klep defect is, kan het zijn dat er niet voldoende lucht in de motor komt, waardoor deze kan afslaan of onregelmatig kan lopen.
Bougies: Controleer de bougies om er zeker van te zijn dat ze in goede staat zijn en de juiste afstand hebben. Als de bougies versleten of beschadigd zijn, geven ze mogelijk niet voldoende vonk om het brandstofmengsel te ontsteken, waardoor de motor onregelmatig kan lopen of afslaat.
Brandstofinjectoren: Controleer de brandstofinjectoren om er zeker van te zijn dat ze goed werken. Als de injectoren verstopt of beschadigd zijn, leveren ze mogelijk niet genoeg brandstof aan de motor, waardoor deze onregelmatig kan lopen of kan afslaan.
Als u het probleem niet zelf kunt diagnosticeren, kunt u uw voertuig het beste naar een gekwalificeerde monteur brengen voor verdere inspectie en reparatie.