1. Cruisecontrol-schakelaar: Controleer of de cruise control-schakelaar op het stuur is ingeschakeld. Zorg ervoor dat deze in de "AAN"-positie staat.
2. Remlichtschakelaar: De remlichtschakelaar is mogelijk defect of niet goed afgesteld, waardoor de cruisecontrol wordt uitgeschakeld wanneer wordt geremd. Controleer de schakelaar en zorg ervoor dat deze goed functioneert.
3. Snelheidssensor: De snelheidssensor, die zich meestal op de transmissie of het differentieel bevindt, werkt mogelijk niet goed. Deze sensor levert de snelheidsinvoer voor het cruise control-systeem. Controleer de sensor en de bedrading op eventuele schade of problemen.
4. Cruisecontrol-module: De cruise control-module, die verantwoordelijk is voor de aansturing van het cruise control-systeem, is mogelijk defect. Deze module bevindt zich vaak onder het dashboard of in de motorruimte. Controleer op losse verbindingen of schade aan de module.
5. Bedradingsproblemen: Controleer de kabelboom die verband houdt met het cruise control-systeem op losse verbindingen, breuken of schade. Zorg ervoor dat alle elektrische aansluitingen goed vastzitten en vrij zijn van corrosie.
Als u het probleem niet zelf kunt identificeren en oplossen, raden wij u aan de hulp in te roepen van een gekwalificeerde monteur of een erkend Mercedes-Benz-servicecentrum. Zij kunnen de exacte oorzaak van het probleem vaststellen en de nodige reparaties of vervangingen uitvoeren.