- Inspecteer de kabelboom op schade of blootliggende draden die kortsluiting kunnen veroorzaken.
- Zoek naar tekenen van rafels, snijwonden of gesmolten isolatie.
- Beweeg de draden voorzichtig heen en weer om te controleren op losse verbindingen of breuken.
2. Defect achterlicht of zijmarkering :
- Controleer de lampen van het achterlicht en de zijmarkeringslichten om er zeker van te zijn dat ze niet zijn doorgebrand.
- Vervang defecte lampen door het juiste wattage.
- Onderzoek het achterlicht en de zijmarkering op beschadigingen of corrosie die kortsluiting kunnen veroorzaken.
3. Slechte lampfitting:
- Controleer of de lampfittingen schoon zijn en vrij van vuil en puin.
- Zorg ervoor dat de contacten nog goed vastzitten en niet zijn gecorrodeerd.
- Vervang defecte lampfittingen.
4. Defecte bedradingsconnector :
- Inspecteer de connector die de bedrading verbindt met het achterlicht en de zijmarkeringsconstructie.
- Zorg ervoor dat de connector schoon, vrij van corrosie en stevig vastgemaakt is.
5. Grondprobleem:
- Controleer de massaverbinding van het achterlicht en de zijmarkering om er zeker van te zijn dat deze schoon, strak en vrij van corrosie is. Een slechte massa kan er vaak voor zorgen dat de zekering doorbrandt.
6. Defecte zekering :
- Controleer of de zekering is doorgebrand.
- Als dit het geval is, vervangt u deze door een nieuwe zekering. Zorg ervoor dat u de juiste stroomzekering gebruikt voor het achterlicht- en zijmarkeringscircuit.
7. Overbelasting van het circuit :
- Controleer of er nog andere accessoires of aanpassingen zijn aangesloten op hetzelfde circuit als het achterlicht en de zijmarkering.
- Verwijder alle niet-geautoriseerde apparaten om overbelasting van het circuit te voorkomen.
Als geen van deze oplossingen het probleem oplost, kunt u het beste de hulp inroepen van een gekwalificeerde auto-elektricien of monteur die het probleem verder kan oplossen en repareren.