Koppel de negatieve accukabel los
Zet de contactschakelaar in de stand “ON”.
Laat de contactschakelaar minimaal 30 seconden in de stand “ON” staan en koppel de negatieve accu opnieuw los.
Wacht ongeveer tien seconden totdat het controlelampje uitgaat of uitgaat. Zo niet, wacht dan nog een cyclus om er zeker van te zijn.
Sluit de negatieve accukabel weer aan op de accupool.
Start de motor, het controlelampje moet nu gereset zijn.
Als het controlelampje na het resetten blijft branden, is er mogelijk een onderliggend probleem dat moet worden gediagnosticeerd en gerepareerd. Het wordt aanbevolen om de auto te laten inspecteren door een gekwalificeerde monteur of om na te gaan waardoor deze waarschuwingen zijn veroorzaakt door, indien van toepassing en mogelijk, verbinding te maken met een diagnosetool.