* Voelermaat
* 10 mm sleutel
* 12 mm sleutel
* Platte schroevendraaier
Stap 1:De motor voorbereiden
1. Laat de motor volledig afkoelen.
2. Verwijder de motorkap.
3. Zoek het kleppendeksel bovenop de motor.
4. Verwijder de bouten van het kleppendeksel met een sleutel van 10 mm.
5. Til het kleppendeksel eraf en leg het opzij.
Stap 2:De klepspeling meten
1. Identificeer de inlaat- en uitlaatkleppen. De inlaatkleppen bevinden zich aan de voorzijde van de motor, terwijl de uitlaatkleppen zich aan de achterzijde bevinden.
2. Gebruik een sleutel van 12 mm om de krukaspoelie met de klok mee te draaien totdat het merkteken op de krukaspoelie op één lijn staat met het merkteken "0" op het distributieriemdeksel.
3. Steek de voelermaat tussen de tuimelaar en de klepsteel. De speling moet tussen 0,20 en 0,30 mm (0,008 en 0,012 inch) liggen voor de inlaatkleppen en tussen 0,012 en 0,016 inch (0,30 en 0,40 mm) voor de uitlaatkleppen.
Stap 3:De klepspeling aanpassen
Als de klepspeling niet binnen het gespecificeerde bereik ligt, moet u deze afstellen.
1. Gebruik een platte schroevendraaier om de borgmoer op de tuimelaar los te draaien.
2. Draai de stelschroef totdat de voelermaat precies tussen de tuimelaar en de klepsteel past.
3. Houd de stelschroef op zijn plaats en draai de borgmoer vast.
4. Herhaal stap 2 en 3 voor alle kleppen die moeten worden afgesteld.
Stap 4:De motor weer in elkaar zetten
1. Plaats het kleppendeksel terug en installeer de bouten van het kleppendeksel.
2. Haal de bouten van het kleppendeksel aan met het voorgeschreven aanhaalmoment (6,5 ft-lbs / 9 Nm).
3. Plaats de motorkap terug.
Stap 5:De motor starten en controleren of er voldoende speling is
1. Start de motor en laat deze enkele minuten draaien.
2. Luister naar eventuele ongewone geluiden. Als u tikkende of tikkende geluiden hoort, is de klepspeling mogelijk te klein.
3. Als u ongebruikelijke geluiden hoort, controleer dan opnieuw de klepspeling en voer eventueel noodzakelijke aanpassingen uit.