Wanneer de choke wordt ingeschakeld, wordt de hoeveelheid lucht die in de motor kan stromen verminderd, waardoor het lucht-brandstofmengsel wordt verrijkt. Dit rijkere mengsel is makkelijker te ontsteken, waardoor de motor makkelijker te starten is als deze koud is.
Zodra de motor draait en opgewarmd is, wordt de choke uitgeschakeld. Hierdoor kan er meer lucht in de motor stromen, waardoor het lucht-brandstofmengsel naar buiten stroomt en de efficiëntie en prestaties van de motor worden verbeterd.
Sommige moderne motoren hebben automatische chokesystemen die worden geregeld door een thermostaat. Deze systemen detecteren de motortemperatuur en passen indien nodig automatisch de choke-instelling aan. Hierdoor hoeft de bestuurder de choke niet handmatig in en uit te schakelen.
Hier is een meer gedetailleerde uitleg van hoe de choke werkt:
1. Als de motor koud is, is de lucht in de cilinders compact. Hierdoor kan het lucht-brandstofmengsel moeilijker ontbranden.
2. De choke beperkt de luchtstroom naar de motor, waardoor het lucht-brandstofmengsel verrijkt wordt. Dit rijkere mengsel is makkelijker te ontsteken, waardoor de motor makkelijker te starten is als deze koud is.
3. Naarmate de motor warmer wordt, zet de lucht in de cilinders uit en wordt deze minder dicht. Hierdoor kan het lucht-brandstofmengsel gemakkelijker ontbranden, waardoor de choke wordt uitgeschakeld.
4. Als u de choke uitschakelt, kan er meer lucht in de motor stromen, waardoor het lucht-brandstofmengsel naar buiten komt en de efficiëntie en prestaties van de motor worden verbeterd.
De choke is een belangrijk onderdeel van een verbrandingsmotor en speelt een sleutelrol bij het starten van de motor als deze koud is.
