1. Laag vloeistofniveau :Controleer het stuurbekrachtigingsvloeistofreservoir. Als het vloeistofpeil laag is, moet u mogelijk bijvullen. Het reservoir bevindt zich meestal in de motorruimte en is gemarkeerd met "Power Steering Fluid" of "PSF".
2. Moeite met het draaien van het stuur :Als u merkt dat het stuur moeilijker draait, vooral bij lage snelheden, kan dit een teken zijn van een laag stuurbekrachtigingsvloeistofpeil.
3. Jankende of kreunende geluiden :Luister of u ongewone geluiden hoort wanneer u aan het stuur draait. Een jankend of kreunend geluid kan duiden op een laag vloeistofpeil of een probleem met de stuurbekrachtigingspomp.
4. Lekkende vloeistof :Inspecteer het stuurbekrachtigingssysteem op zichtbare lekkages. Als u lekkages opmerkt, moet u het systeem zo snel mogelijk laten inspecteren en repareren.
5. Trillingen op het stuur :Als het stuur trilt wanneer u eraan draait, kan dit een teken zijn van een tekort aan stuurbekrachtigingsvloeistof of een probleem met de stuurbekrachtigingspomp.
Als u vermoedt dat u stuurbekrachtigingsvloeistof moet bijvullen, raadpleeg dan de gebruikershandleiding van uw voertuig voor specifieke instructies en veiligheidsmaatregelen. Overweeg ook om het stuurbekrachtigingssysteem te laten inspecteren door een gekwalificeerde monteur om eventuele onderliggende problemen uit te sluiten.