Auto >> Automobiel >  >> Motor

Hoe werkt het stuursysteem van een schip?

Het stuursysteem van een schip is een cruciaal onderdeel dat verantwoordelijk is voor het controleren van de richting en manoeuvreerbaarheid van het schip. Hiermee kan het schip van koers veranderen, door verschillende waterwegen navigeren en tijdens het varen een gewenste koers aanhouden. Hier is een overzicht van hoe het stuursysteem werkt:

1. Stuurwiel of bedieningsconsole:

De stuuroperatie begint doorgaans vanuit de stuurhut van het schip, waar de kapitein of stuurman zich bevindt. Het stuur of de bedieningsconsole dient als het primaire invoerapparaat om koerswijzigingen te initiëren.

2. Telemotor of stuurzender:

Het stuur of de bedieningsconsole is verbonden met een telemotor of bedieningszender. Dit apparaat zet de mechanische beweging van het stuur om in elektrische signalen.

3. Hydraulische of elektrische aandrijfeenheid:

De telemotorsignalen worden vervolgens doorgegeven aan een hydraulische of elektrische aandrijfeenheid. Deze unit genereert het benodigde vermogen om de stuurmachinerie aan te drijven.

4. Roerkoning:

De aandrijfeenheid is verbonden met de roerkoning, een verticale as aan de achterkant van het schip.

5. Roer:

Aan de roerkoning is het roer bevestigd, een groot, vlak, beweegbaar oppervlak ondergedompeld in water. Het roer fungeert als het primaire stuuroppervlak dat de richting van het schip verandert.

6. Stuurmotor of motor:

Op de roerkoning is een stuurmotor of motor aangesloten. Deze motor gebruikt de kracht die wordt gegenereerd door de hydraulische of elektrische aandrijfeenheid om het roer te bewegen.

7. Roerstandindicator:

Op de scheepsbrug of controlekamer wordt een roerhoekindicator geïnstalleerd. Het biedt realtime informatie over de huidige hoek van het roer, waardoor de bemanning de stuurstatus van het schip kan volgen.

8. Mechanische of elektrische feedbacksystemen:

Het stuursysteem omvat ook feedbackmechanismen om een ​​nauwkeurige en responsieve stuurbediening te garanderen. Deze feedbacksystemen communiceren informatie over de positie van het roer terug naar het stuur of de bedieningsconsole, waardoor aanpassingen indien nodig mogelijk zijn.

9. Noodstuursystemen:

Schepen zijn uitgerust met back-up- of noodstuursystemen voor het geval de primaire stuurinrichting defect raakt. Deze systemen kunnen handmatig worden bediend en dienen als een redundant middel om de richting van het schip in kritieke situaties te controleren.

10. Onderhoud en inspecties:

Regelmatig onderhoud, inspecties en tests zijn van cruciaal belang om de betrouwbaarheid en effectiviteit van het stuursysteem te garanderen. Dit omvat periodieke controles van hydraulische of elektrische componenten, roerverbindingen en afstandsbedieningssystemen.

Door samen te werken met andere navigatie- en controlesystemen speelt de stuurinrichting een fundamentele rol bij het garanderen van de veilige en efficiënte navigatie van schepen in verschillende maritieme omgevingen.