- Controleer de brandstofdrukregelaar. Een defecte brandstofdrukregelaar kan ervoor zorgen dat de brandstofdruk fluctueert, wat kan leiden tot stijgingen.
- Inspecteer de brandstofinjectoren. Verstopte of defecte brandstofinjectoren kunnen ervoor zorgen dat het brandstofmengsel onjuist is, wat ook tot pieken kan leiden.
- Controleer het ontstekingssysteem. Een zwakke vonk of een onjuiste timing kan ervoor zorgen dat de motor ruw loopt en stoot.
- Inspecteer de vacuümleidingen. Een vacuümlek kan ervoor zorgen dat het lucht-brandstofmengsel onjuist is, wat kan leiden tot pieken.
- Controleer de zuurstofsensor. Een defecte zuurstofsensor kan ervoor zorgen dat de motor rijk of arm loopt, wat tot pieken kan leiden.
Als u al deze onderdelen hebt gecontroleerd en het probleem blijft bestaan, moet u mogelijk de motorregeleenheid (ECU) laten controleren. De ECU is de computer die de werking van de motor regelt, en een storing in de ECU kan allerlei problemen veroorzaken, waaronder pieken.