- Controleer op doorgebrande richtingaanwijzerlamp(en).
- Controleer het knipperlichtrelais van de richtingaanwijzers.
Het controlelampje geeft aan dat er een probleem is gedetecteerd in de motor van het voertuig of aanverwante systemen.
- Het wordt aanbevolen om het voertuig te laten scannen op foutcodes om de exacte oorzaak van het activeren van het licht te bepalen.
- Problemen zoals overslaan, sensorstoringen, problemen met het emissiecontrolesysteem of andere problemen kunnen het controlelampje activeren en moeten dienovereenkomstig worden gediagnosticeerd en aangepakt.