- Klep of kleppen blijven openstaan. Dit kan te wijten zijn aan koolstofophoping, een verbogen klep en/of een storing in de tuimelaar.
- Beschadigde nokkenkettingspanner. Als dit niet lukt, kan dit ervoor zorgen dat de krukas een sprongetje maakt en dat de kleppen niet meer synchroon lopen met de zuigers, waardoor er geen compressie ontstaat.
- Gebroken distributieriem/ketting. Dit zou de motor onmiddellijk buiten de tijd brengen, wat resulteert in geen compressie.