Benodigd gereedschap en materialen :
- Jack en kriksteunen
- Remvloeistof (DOT 3)
- Ontluchtingssleutel voor remvloeistof
- Doorzichtige slang
- Moersleutel
Instructies :
1. Parkeer uw auto op een vlakke ondergrond en zet de motor af.
2. Krik de voorkant van uw voertuig op en plaats deze op kriksteunen.
3. Zoek het remvloeistofreservoir. Het bevindt zich meestal onder de motorkap van uw voertuig, vlakbij de hoofdcilinder.
4. Verwijder de dop van het remvloeistofreservoir.
5. Vul het reservoir met remvloeistof tot het de "MAX"-lijn bereikt.
6. Zoek de remontluchtingsschroeven. Ze bevinden zich op de remklauwen, op de voorwielen.
7. Bevestig de remvloeistofontluchtingssleutel op een van de ontluchtingsschroeven.
8. Plaats het uiteinde van de doorzichtige slang over de ontluchtingsschroef.
9. Laat een vriend het rempedaal intrappen terwijl u de ontluchtingsschroef opent.
10. De remvloeistof begint door de slangen te stromen.
11. Blijf het rempedaal intrappen en open de ontluchtingsschroef totdat de remvloeistof die eruit komt schoon en vrij van luchtbellen is.
12. Sluit de ontluchtingsschroef.
13. Herhaal stappen 7-12 voor de andere ontluchtingsschroef.
14. Nadat beide ontluchtingsschroeven zijn ontlucht, vult u het remvloeistofreservoir bij met remvloeistof.
15. Plaats de reservoirdop terug.
16. Laat uw voertuig van de kriksteunen zakken.
17. Test de remmen door het rempedaal in te trappen. Het pedaal moet stevig en niet sponzig aanvoelen.
