1. Defecte sproeierpomp: De sproeierpomp is verantwoordelijk voor het creëren van de nodige druk om water op de voorruit te spuiten. Als de pomp defect is, kan deze mogelijk niet voldoende druk genereren, wat resulteert in een lage waterstroom. Controleer de pomp op tekenen van schade of slijtage en vervang deze indien nodig.
2. Verstopt filter: Mogelijk is er een klein filter geïnstalleerd in het ruitensproeiervloeistofreservoir of in de ruitensproeierpomp. Na verloop van tijd kan dit filter verstopt raken met vuil en vuil, waardoor de waterstroom wordt beperkt. Controleer het filter en maak het schoon of vervang het als het verstopt is.
3. Lekkages in het systeem: Controleer het gehele sproeiervloeistofsysteem op eventuele lekkages of scheuren in de slangen of aansluitingen. Zelfs een klein lek kan drukverlies veroorzaken en de waterstroom beïnvloeden. Draai eventuele losse verbindingen vast en vervang beschadigde slangen.
4. Laag ruitensproeiervloeistofniveau: Zorg ervoor dat het ruitensproeiervloeistofreservoir voldoende vloeistof bevat. Als het reservoir laag is, kan de pomp niet voldoende vloeistof aanzuigen om druk te creëren. Vul het reservoir opnieuw met een mengsel van water en sproeiervloeistof volgens de aanbevelingen van de fabrikant.
5. Defecte schakelaar of bedrading: De ruitensproeierschakelaar of de bijbehorende bedrading is mogelijk defect, waardoor de ruitensproeierpomp geen stroom krijgt. Controleer de schakelaar op goede werking en inspecteer de bedrading op eventuele schade of corrosie.
Als u al deze mogelijke oorzaken heeft gecontroleerd en het probleem blijft bestaan, is het raadzaam een professionele monteur of een erkend Fiat-servicecentrum te raadplegen voor verdere diagnose en reparatie.