- Vervangende thermostaat
- Nieuwe thermostaatpakking
- Stekkerset
- Sleutelset
- Koker
- Koelvloeistof
- Vodden
- Veiligheidsbril
Instructies:
1. Parkeer uw voertuig op een vlakke ondergrond en laat de motor volledig afkoelen. Dit is belangrijk om te voorkomen dat u zich verbrandt aan hete koelvloeistof.
2. Open de motorkap van uw voertuig. Zoek het thermostaathuis, dat zich meestal aan de bovenkant van de motor bevindt. Het wordt meestal op zijn plaats gehouden door twee of drie bouten.
3. Plaats een opvangbak onder de radiateur om eventueel uitlekkende koelvloeistof op te vangen.
4. Draai de aftapplug op de radiateur los om de koelvloeistof af te tappen. Laat de koelvloeistof volledig weglopen.
5. Verwijder de bouten waarmee het thermostaathuis op zijn plaats zit. Zorg ervoor dat u de bouten niet in de motorruimte laat vallen.
6. Verwijder de oude thermostaat en pakking uit de behuizing. Inspecteer de oude thermostaat op eventuele schade of slijtage.
7. Installeer de nieuwe thermostaat en pakking in de behuizing. Zorg ervoor dat de thermostaat in de juiste richting wordt geïnstalleerd.
8. Plaats de bouten terug waarmee het thermostaathuis op zijn plaats wordt gehouden. Draai de bouten vast totdat ze goed vastzitten.
9. Sluit de aftapplug op de radiateur en vul het koelvloeistofreservoir met verse koelvloeistof.
10. Start de motor en laat hem opwarmen. Controleer op eventuele lekken rond het thermostaathuis.
11. Zet de motor af en laat hem afkoelen. Controleer het koelvloeistofpeil nogmaals en voeg indien nodig meer koelvloeistof toe.
Tips:
- Bij het vervangen van de thermostaat is het verstandig om ook de thermostaatpakking te vervangen. Dit draagt bij aan een goede afdichting en voorkomt lekkages.
- Zorg ervoor dat u de bouten die het thermostaathuis op zijn plaats houden niet te vast aandraait. Dit kan de behuizing of de schroefdraad in het motorblok beschadigen.
- Als u het niet prettig vindt om de thermostaat zelf te vervangen, kunt u dit door een gekwalificeerde monteur laten doen.
Veiligheidsmaatregelen:
- Draag een veiligheidsbril om uw ogen te beschermen tegen koelvloeistof en andere vloeistoffen.
- Zorg ervoor dat u de hete motor- of uitlaatonderdelen niet aanraakt.
- Laat de motor volledig afkoelen voordat u werkzaamheden uitvoert.
- Gooi oude koelvloeistof op de juiste manier weg. Koelvloeistof is een giftige stof en mag niet in de afvoer worden gegoten.