Zoek de stationairstelschroef in de carburateur of het gasklephuis. Deze schroef bevindt zich meestal aan de zijkant of bovenkant van de carburateur of het gasklephuis.
Laat de motor warmdraaien totdat de thermostaat is geopend. Dit zorgt ervoor dat de motor op de normale bedrijfstemperatuur draait.
Zodra de motor warm is, draait u de stationairstelschroef rechtsom om het stationair toerental te verhogen, en linksom om het stationair toerental te verlagen.
Pas het stationair toerental aan tot de aanbevolen waarde, die doorgaans rond de 750-850 tpm ligt. Deze waarde vindt u in de reparatiehandleiding van het voertuig.
Zorg ervoor dat het stationair toerental van de motor stabiel is en niet schommelt.
Als het stationair toerental te hoog is, zal de motor onregelmatig lopen en afslaan. Als het stationair toerental te laag is, slaat de motor af als u hem in een versnelling zet.
Zodra het stationair toerental correct is ingesteld, schakelt u de motor uit en laat u deze afkoelen.