- Een sleutel van 10 mm
- Een kruiskopschroevendraaier
- Een doorzichtige plastic slang
- Een bakje met remvloeistof
1. Verwijder het luchtfiltersamenstel om toegang te krijgen tot de koppelingshoofdcilinder.
2. Zoek de ontluchtingsklep op de koppelingshoofdcilinder. Het is een kleine, zwarte schroef met een rubberen dop.
3. Verwijder de rubberen dop van het ontluchtingsventiel.
4. Sluit het ene uiteinde van de plastic slang aan op het ontluchtingsventiel en het andere uiteinde op het reservoir met remvloeistof.
5. Gebruik de 10 mm sleutel om het ontluchtingsventiel los te draaien.
6. Trap het koppelingspedaal helemaal in.
7. Sluit de ontluchtingsklep terwijl het koppelingspedaal ingetrapt is.
8. Laat het koppelingspedaal los.
9. Herhaal stap 5 t/m 8 totdat er geen luchtbellen meer in de kunststof slang zitten.
10. Draai de ontluchtingsklep vast.
11. Bevestig de rubberen dop weer op het ontluchtingsventiel.
12. Installeer het luchtfiltersamenstel opnieuw.