Auto >> Automobiel >  >> Auto reparatie

Hoe vervang je de remblokken van een Mazda Protege uit 1999?

Het vervangen van de remblokken op een Mazda Protege uit 1999 omvat verschillende stappen. Hier is een algemene gids om u te helpen:

Benodigde gereedschappen en materialen:

- Jack en kriksteunen

- Lugsleutel

- Stekkerset

- Platte schroevendraaier

- Staalborstel of schuurpapier

- Remonderdelenreiniger (spray)

- Nieuwe remblokken

- C-klem of remklauwspreider

- Vodden

- Veiligheidsbril

Procedure:

1. Parkeer de auto op een vlakke ondergrond, zet de motor af en schakel de parkeerrem in.

2. Maak de wielmoeren los op de wielen waar u de remblokken gaat vervangen. Verwijder ze op dit punt nog niet volledig.

3. Krik de auto op met de krik en zet hem vast met de kriksteunen. Zorg ervoor dat de auto stabiel en veilig staat voordat u verdergaat.

4. Verwijder de wielmoeren en verwijder de wielen.

5. Zoek de remklauw. Het wordt meestal aan de fusee bevestigd en houdt de remblokken op hun plaats.

6. Verwijder de twee bouten waarmee de remklauw op zijn plaats zit met behulp van een dopsleutel. Zorg ervoor dat u geen onderdelen of veren kwijtraakt die tijdens deze stap eruit kunnen vallen.

7. Beweeg de remklauw voorzichtig omhoog om de remblokken bloot te leggen. Laat de remklauw niet aan de remslang hangen.

8. Inspecteer de remblokken. Als ze versleten zijn tot minder dan 6 mm (1/4 inch) of als het wrijvingsmateriaal beschadigd, gebarsten of geglazuurd is, moeten ze worden vervangen.

9. Reinig de remklauw en rotor met een staalborstel of schuurpapier om vuil, roest of vuil te verwijderen.

10. Breng remreiniger aan op de remklauw en rotor om eventueel achtergebleven vuil te verwijderen.

11. Gebruik een C-klem of remklauwspreider om de remklauwzuiger terug in de remklauw te drukken. Hierdoor ontstaat er ruimte voor de nieuwe, dikkere remblokken.

12. Installeer de nieuwe remblokken in de remklauw. Zorg ervoor dat ze correct zitten.

13. Bevestig de remklauw opnieuw aan de fusee met behulp van de bouten die u eerder hebt verwijderd. Draai ze stevig vast.

14. Plaats het wiel en de wielmoeren terug en laat de auto weer zakken.

15. Herhaal het proces indien nodig voor het andere wiel.

16. Test de remmen door lichte druk uit te oefenen op het rempedaal. Zorg ervoor dat de remmen stevig aanvoelen en soepel ingrijpen.

Opmerking: Het is belangrijk dat u de juiste veiligheidsmaatregelen in acht neemt wanneer u aan de remmen werkt. Draag altijd een veiligheidsbril en gebruik het juiste gereedschap. Als u zich niet op uw gemak voelt bij het uitvoeren van deze taak of als uw voertuig specifieke eisen stelt, kunt u het beste een gekwalificeerde monteur raadplegen of de reparatiehandleiding van het voertuig raadplegen.