Zorg ervoor dat het voertuig op een vlakke ondergrond geparkeerd staat en dat de parkeerrem ingeschakeld is.
Zoek het reservewiel, dat onder het voertuig is opgeborgen.
Aan de onderkant van het voertuig vindt u de reservewielbeugel en het reservewielvergrendelingsmechanisme.
Gebruik het juiste gereedschap, zoals een moersleutel of dopsleutel, om de vergrendeling van het reservewiel los te maken.
Schuif het reservewiel uit de beugel.
Haal het reservewiel onder het voertuig vandaan en plaats het voorzichtig op de grond.
Vervang het reservewielslot en de beugel en laat het voertuig zakken.
Het is belangrijk om het reservewiel en de beugel goed vast te zetten voordat u gaat rijden, om ervoor te zorgen dat deze er tijdens de rit niet uit vallen.