1. Draag een helm. Een helm kan uw hoofd beschermen tegen ernstig letsel of de dood, zelfs bij een ongeval met lage snelheid.
2. Draag geschikte rijkleding. Leren of andere slijtvaste kleding kan u helpen huiduitslag en ander letsel bij een ongeval te voorkomen.
3. Blijf uit de buurt van de stoeprand. Rijd niet te dicht langs de stoeprand, omdat dit het risico kan vergroten dat u een kuil of ander obstakel raakt en crasht.
4. Houd rekening met je omgeving. Let op de weg, andere voertuigen en voetgangers. Vermijd afgeleid autorijden, zoals sms'en of telefoneren.
5. Rijd defensief. Ga ervan uit dat andere bestuurders u niet zien en rijd dienovereenkomstig. Geef andere voertuigen voldoende ruimte en wees erop voorbereid om te reageren op plotselinge veranderingen in hun gedrag.
6. Volg een cursus motorveiligheid. Met een motorveiligheidscursus leert u hoe u veilig en defensief kunt rijden en hoe u een ongeval kunt vermijden en overleven.
7. Blijf nuchter: Als u dronken of onder invloed van andere drugs op een motor rijdt, vergroot u de kans op een dodelijk ongeval aanzienlijk.