Auto >> Automobiel >  >> Auto zorg

Welke werkwoorden beschrijven een auto?

* Versnellen: om de snelheid te verhogen.

* Rem: vertragen of stoppen.

* Cruise: met een constante snelheid te rijden.

* Afwijking: zijwaarts glijden tijdens het rijden.

* Toeter: om de hoorn te laten klinken.

* Inactief: om de motor te laten draaien zonder te bewegen.

* Parkeren: om de auto op een aangewezen plek achter te laten.

* Herz: om het motortoerental te verhogen zonder te bewegen.

* Begin: om te beginnen met rijden.

* Stoppen: om de auto tot stilstand te brengen.

* Uitwijken: een plotselinge verandering van richting te maken.

* Achterklep: te dicht bij de voorligger rijden.

* Draai: van richting veranderen.

* Opbrengst: om een ​​andere auto te laten passeren.

* Zoomen: snel te rijden.