1. Verwijder de stoel- en zijbekleding. Hiermee krijgt u toegang tot de stator.
2. Zoek de stator. De stator bevindt zich aan de linkerkant van de motor, achter het primaire deksel.
3. Ontkoppel de statordraden. Er zijn drie draden die de stator verbinden met de rest van het elektrische systeem. Ontkoppel deze draden door ze los te koppelen van de stator.
4. Controleer de statorweerstand. Gebruik een multimeter om de weerstand van de statorwikkelingen te controleren. De weerstand moet tussen 0,1 en 1 ohm liggen. Als de weerstand te laag of te hoog is, is de stator defect en moet deze worden vervangen.
5. Controleer de statorspanning. Gebruik een voltmeter om de spanning van de statorwikkelingen te controleren. De spanning moet tussen 10 en 15 volt AC liggen. Als de spanning te laag of te hoog is, is de stator defect en moet deze worden vervangen.
6. Als de stator defect is, vervang deze dan. Om de stator te vervangen, verwijdert u het primaire deksel en het statordeksel. Verwijder vervolgens de oude stator en installeer de nieuwe stator. Zorg ervoor dat u de statordraden correct aansluit.
