1. Plaatsing: Rijhoogtesensoren worden doorgaans gemonteerd op de ophangingscomponenten van het voertuig, zoals de bedieningsarmen of de as. Ze zijn zo geplaatst dat ze de afstand tussen het frame of de carrosserie van het voertuig en de wielen meten.
2. Detectiemechanisme: Er zijn verschillende soorten rijhoogtesensoren, maar de meest voorkomende gebruiken een variabele weerstand of potentiometer. De sensor bestaat uit een wisser die is aangesloten op de ophanging van het voertuig en die langs een weerstandsspoor beweegt terwijl de ophanging omhoog of omlaag beweegt.
3. Verandering van weerstand: Terwijl de ophanging beweegt, glijdt de wisser langs het weerstandsspoor, waardoor de elektrische weerstand tussen de twee uiteinden van de sensor verandert. Deze weerstandsverandering is recht evenredig met de rijhoogte van het voertuig.
4. Elektrisch signaal: De variabele weerstand in de rijhoogtesensor zorgt voor een overeenkomstige verandering in het elektrische signaal dat naar de elektronische regeleenheid (ECU) of de ophangingsregelmodule van het voertuig wordt gestuurd. De ECU gebruikt dit elektrische signaal om de huidige rijhoogte van het voertuig te bepalen.
5. Vergelijking met referentie: De ECU vergelijkt het elektrische signaal van de rijhoogtesensor met een referentiewaarde die in het geheugen is opgeslagen. Deze referentiewaarde vertegenwoordigt de gewenste of optimale rijhoogte voor het voertuig.
6. Aanpassing: Als de ECU een afwijking van de referentiewaarde detecteert, initieert het aanpassingen om het voertuig weer op de gewenste rijhoogte te brengen. Dit kan het aanpassen van de luchtdruk in luchtveersystemen, het regelen van de hydraulische vloeistofstroom in hydraulische veersystemen of het aanpassen van de positie van mechanische componenten in passieve veersystemen inhouden.
7. Feedbacklus: De rijhoogtesensor bewaakt continu de positie van de vering en geeft feedback aan de ECU, die het veersysteem voortdurend aanpast om de gewenste rijhoogte te behouden. Dit zorgt voor een consistente en comfortabele rijervaring, zelfs als het voertuig te maken krijgt met veranderende wegomstandigheden en belasting.
8. Kalibratie: Rijhoogtesensoren vereisen een juiste kalibratie om nauwkeurige metingen en nauwkeurige aanpassingen te garanderen. Hierbij wordt de referentiewaarde in de ECU ingesteld en gecontroleerd of het elektrische signaal van de sensor nauwkeurig overeenkomt met de werkelijke rijhoogte van het voertuig.
Over het geheel genomen speelt de rijhoogtesensor een cruciale rol bij het handhaven van de optimale rijhoogte van het voertuig, waardoor het passagierscomfort, het rijgedrag en de veiligheid worden verbeterd door te zorgen voor goede veringsprestaties.