Omgekeerde polariteit:Als de startkabels met de verkeerde polariteit zijn aangesloten (d.w.z. positief naar negatief en negatief naar positief), kan dit een hoge tegenstroom door de dynamodiodes veroorzaken. Dit kan leiden tot diodestoringen en permanente schade aan de dynamo.
Hoogspanningspieken:Wanneer de motor van het starthulpvoertuig op toeren wordt gebracht om de uitgangsspanning te verhogen, kunnen er spanningspieken of -pieken ontstaan. Als de dynamodiodes worden blootgesteld aan deze excessieve spanningspieken, kunnen ze onder spanning komen te staan of beschadigd raken.
Langdurig starten met startkabels:Als de lege accu in de auto van de ontvanger zwaar leeg is, kan het zijn dat er een langere startperiode nodig is. Een voortdurend hoog stroomverbruik tijdens langdurig starten met startkabels legt druk op de elektrische componenten van de dynamo, inclusief de diodes, en kan tot voortijdige uitval leiden.
Defecte starthulp:Als er sprake is van defecte aansluitingen, losse contacten of onjuiste aarding tijdens het starten met startkabels, kan dit leiden tot vonken of spanningspieken die de dynamodiodes en andere componenten kunnen beschadigen.
Hoewel een correct uitgevoerde starthulp doorgaans geen schade toebrengt aan de dynamodiodes, kan het volgen van de juiste procedures en het vermijden van deze potentiële valkuilen bijdragen aan een veilig en schadevrij starthulpproces.