- Jack en kriksteunen
- Lugsleutel
- Olieopvangbak
- Koker
- Ratel- en doppenset met 3/8 inch aandrijving
- Verlenging
- Stuurbekrachtigingspomp
- Stuurbekrachtigingsvloeistof
Instructies
1. Draai de wielmoeren los:Draai de wielmoeren op de voorwielen los, maar laat ze enigszins vastgedraaid
2. Voertuig optillen:gebruik een krik om de voorkant van uw voertuig op te tillen en op kriksteunen te plaatsen
3. Voorwielen verwijderen:Verwijder de wielmoeren en verwijder de voorwielen
4. Zoek de stuurbekrachtigingspomp:De stuurbekrachtigingspomp bevindt zich aan de voorkant van de motor, meestal aan de bestuurderszijde
5. Koppel de slangen los:Koppel de slangen los die zijn aangesloten op de stuurbekrachtigingspomp door de slangklemmen los te maken. Zorg ervoor dat u eventueel achtergebleven vloeistof opvangt die zou kunnen lekken
6. Verwijder de montagebouten:Gebruik de 3/8-inch ratel en dopsleutel om de montagebouten te verwijderen die de stuurbekrachtigingspomp op zijn plaats houden
7. Verwijder de stuurbekrachtigingspomp:Zodra de bevestigingsbouten zijn verwijderd, kunt u de stuurbekrachtigingspomp voorzichtig verwijderen
8. Maak het montageoppervlak schoon:Reinig het montageoppervlak op de motor om oud pakkingmateriaal of vuil te verwijderen
9. Nieuwe stuurbekrachtigingspomp installeren:plaats de nieuwe stuurbekrachtigingspomp terug op het montageoppervlak en zet deze vast met de montagebouten
10. Sluit de slangen opnieuw aan:Sluit de slangen opnieuw aan die u eerder hebt losgekoppeld en draai de slangklemmen vast
11. Vloeistofpeil controleren en bijvullen:Controleer het stuurbekrachtigingsvloeistofreservoir (vaak gemarkeerd met een "PS"-label) en voeg indien nodig vloeistof toe. Gebruik het specifieke type vloeistof dat voor uw voertuig wordt aanbevolen
12. Installeer de wielen en laat het voertuig zakken:installeer de voorwielen opnieuw, draai de wielmoeren vast en laat het voertuig vervolgens weer zakken met behulp van de krik
13. Start de motor en controleer op lekkage:Start de motor en laat deze een paar minuten draaien. Controleer onder het voertuig op eventuele lekkages. Als er geen lekkages worden gevonden, heeft u de nieuwe stuurbekrachtigingspomp met succes geïnstalleerd
Opmerking :Zorg ervoor dat u het stuurbekrachtigingssysteem ontlucht om eventuele lucht die erin zit te verwijderen. Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw voertuig voor specifieke instructies over het ontluchten van het stuurbekrachtigingssysteem
Neem altijd veiligheidsmaatregelen wanneer u aan uw voertuig werkt. Als u zich niet op uw gemak voelt bij een van de stappen, dient u een professionele monteur te raadplegen.