- Nieuw luchtfilter (raadpleeg uw gebruikershandleiding voor de juiste maat)
- Kruiskopschroevendraaier
- Platte schroevendraaier (optioneel)
- Winkelhanddoek
Instructies:
1. Zoek het luchtfilterhuis. Het is meestal een zwarte plastic doos aan de bestuurderszijde van de motorruimte. Er zal een grote slang op aangesloten zijn.
2. Maak de schroeven los waarmee het deksel van de luchtfilterbehuizing op zijn plaats zit. Er zijn meestal twee schroeven, één aan elke kant van de behuizing. Gebruik een kruiskopschroevendraaier om de schroeven los te draaien.
3. Verwijder het deksel van de luchtfilterbehuizing. Til het deksel van de behuizing.
4. Verwijder het oude luchtfilter. Het oude luchtfilter bevindt zich in de behuizing. Het is meestal een rechthoekig stuk papier of schuim.
5. Reinig het luchtfilterhuis. Gebruik een winkelhanddoek om vuil en vuil van de binnenkant van de behuizing weg te vegen.
6. Installeer het nieuwe luchtfilter. Plaats het nieuwe luchtfilter in de behuizing. Zorg ervoor dat het filter goed op zijn plaats zit en dat de pakking op zijn plaats zit.
7. Plaats het deksel van het luchtfilterhuis terug. Plaats het deksel terug en zet het vast met de schroeven die u eerder hebt verwijderd.
8. Test het luchtfilterhuis. Start de motor en laat deze een paar minuten draaien. Controleer op lekkage rond het luchtfilterhuis. Als er lekkage is, draai dan de schroeven vast totdat de lekkage stopt.
Tips:
- Het wordt aanbevolen om uw luchtfilter elke 19.000 km of elke 12 maanden te vervangen, afhankelijk van wat zich het eerst voordoet.
- Een vuil luchtfilter kan de prestaties en het brandstofverbruik van uw motor verminderen.
- Als u in een stoffige of vervuilde omgeving woont, moet u uw luchtfilter mogelijk vaker vervangen.
- Als u het niet prettig vindt om uw luchtfilter zelf te vervangen, kunt u dit bij een monteur laten doen.