1. Parkeer de Sebring op een veilige, vlakke locatie.
2. Zet de motor af en laat het voertuig afkoelen.
3. Open de motorkap van het voertuig om de motorruimte bloot te leggen.
4. Zoek de batterij. Op een Sebring uit 1999 bevindt deze zich doorgaans aan de passagierszijde, vlakbij de muur van de motorruimte.
5. Verwijder eventuele corrosie van de accupolen zorgvuldig met een staalborstel of accupoolreiniger.
6. Identificeer de positieve (+) en negatieve (-) polen op de batterij. Deze zijn meestal gemarkeerd met "+" en "-" tekens.
7. Sluit een acculader aan op de accu, waarbij u de juiste polariteit in acht neemt. Sluit de positieve pool van de lader aan op de positieve pool van de batterij, en de negatieve pool van de lader op de negatieve pool van de batterij.
8. Zorg ervoor dat de oplader goed is aangesloten en dat de aansluitingen goed op hun plaats zitten.
9. Schakel de batterijlader in en volg de instructies van de fabrikant voor het opladen van de batterij. Meestal gaat het hierbij om het selecteren van een specifieke spannings- of stroomsterkte-instelling op basis van het batterijtype.
10. Laat de batterij de aanbevolen tijd opladen, afhankelijk van de instellingen van de lader en de staat van de batterij.
11. Zodra het opladen is voltooid, koppelt u de acculader los, te beginnen met eerst de negatieve pool, gevolgd door de positieve pool.
12. Sluit de motorkap van het voertuig en de accu van de Sebring is nu opgeladen en klaar voor gebruik.
Houd er rekening mee dat het belangrijk is om de gebruikershandleiding van het voertuig te raadplegen voor specifieke instructies over het opladen van de accu, omdat er mogelijk aanvullende stappen of voorzorgsmaatregelen zijn aanbevolen door de fabrikant. Overweeg bovendien om een veiligheidsbril te dragen en andere veiligheidsmaatregelen te nemen om uzelf te beschermen tijdens het werken met elektrische componenten. Als u zich niet op uw gemak voelt bij het uitvoeren van deze stappen, kunt u het opladen van de batterij wellicht het beste door een professionele monteur laten doen.