Hoe controleer je het transmissieniveau op een Range Rover uit 1999?

Het transmissieniveau controleren op een Range Rover uit 1999:

Zet eerst de motor aan en laat deze een paar minuten draaien totdat deze de bedrijfstemperatuur heeft bereikt (meestal aangegeven door de temperatuurmeter).

Parkeer het voertuig op een vlakke ondergrond, zet de motor af en schakel de parkeerrem in.

Zorg ervoor dat de transmissie in neutraal staat.

Trek de peilstok voor de transmissievloeistof eruit (meestal aan de achterkant van de motorruimte).

Veeg de peilstok schoon met een schone doek of keukenpapier.

Steek de peilstok weer helemaal in de buis.

Trek de peilstok er weer uit en controleer het vloeistofpeil.

De vloeistof moet zich tussen de markeringen "ADD" en "FULL" op de peilstok bevinden.

Als het vloeistofpeil laag is, voeg dan langzaam de aanbevolen transmissievloeistof toe aan de peilstokbuis totdat deze de "FULL"-markering bereikt.

Plaats de peilstok terug en controleer of het vloeistofpeil correct is.

Als u klaar bent met het controleren van het transmissievloeistofpeil, zorg er dan voor dat de peilstok goed in de buis zit, waarna u de motor kunt starten.