1. Brandstofvoorbereiding :De fossiele brandstof (steenkool, aardgas of olie) ondergaat voorbereiding vóór verbranding. Steenkool wordt tot een fijn poeder vermalen, aardgas wordt rechtstreeks naar de centrale geleid en olie wordt tot gasvormige toestand verwarmd.
2. Verbranding :In een ketel of verbrandingskamer wordt de fossiele brandstof verbrand in aanwezigheid van lucht. Bij dit proces ontstaat warmte, waarbij energie vrijkomt die in de brandstof is opgeslagen.
3. Stoomgeneratie :De warmte van de verbranding verandert het water in de ketel in stoom onder hoge druk.
4. Stoomturbine :De hogedrukstoom wordt naar een stoomturbine geleid. Terwijl de stoom door de bladen van de turbine stroomt, zorgt deze ervoor dat deze snel roteren als gevolg van de kracht die wordt uitgeoefend door de uitzetting van de stoom.
5. Generator :De roterende turbine-as is verbonden met een generator. Terwijl de turbine draait, induceert deze de beweging van elektronen in de wikkelingen van de generator, waardoor een elektrische stroom wordt gegenereerd.
6. Koelsysteem :Nadat de stoom door de turbine is gegaan, wordt deze in een condensor weer gecondenseerd tot water met behulp van een koelmedium zoals rivierwater of lucht. Dit proces creëert ook een vacuüm waardoor meer stoom door de turbine wordt gezogen.
7. Elektrische distributie :De door de generator gegenereerde elektrische stroom wordt vervolgens naar transformatoren gestuurd, waar de spanning wordt verhoogd voor efficiënte transmissie over lange afstanden via hoogspanningsleidingen.
8. Netverbinding :De energiecentrale wordt aangesloten op het elektriciteitsnet en de opgewekte elektriciteit wordt via onderstations en elektriciteitsleidingen naar consumenten gedistribueerd, waardoor huizen, industrieën en bedrijven van energie worden voorzien.
9. Emissiecontroles :Gedurende het hele proces worden verschillende emissiecontrolesystemen gebruikt om de uitstoot van verontreinigende stoffen zoals zwaveldioxide, stikstofoxiden en fijnstof in de atmosfeer te minimaliseren.