1. Koppel de minpool van de accu los om ongelukken te voorkomen.
2. Til de auto op met behulp van oprijplaten en een krik. Zorg ervoor dat de auto veilig is vastgezet met kriksteunen.
3. Zoek de benzinetank. Aan de onderkant van de tank zou je een zwart cilindervormig voorwerp moeten zien met aan elk uiteinde brandstofleidingen.
4. Verwijder de twee brandstofleidingen om toegang te krijgen tot het brandstoffilter. Om de pijpen te verwijderen, schuift u de clip naar voren of naar achteren en trekt u vervolgens de pijp eraf.
5. Maak het filter met behulp van een verstelbare of ringsleutel los van de beugel en verwijder het. Om het filter te helpen loskomen, tikt u met een hamer op de beugel.
6. Zorg ervoor dat de O-ringen nog op hun plaats zitten in het oude brandstoffilter. Als dit niet het geval is, verwijdert u de oude ringen van het oude filter en plaatst u deze op het nieuwe filter.
7. Draai het nieuwe brandstoffilter vast en bevestig de brandstofleidingen opnieuw.
8. Laat de auto zakken en sluit de accu opnieuw aan.
Voor modellen na 8/99:
Het brandstoffilter bevindt zich onder de vloer van de auto.
1. Het brandstoffilter bevindt zich aan de onderkant van de brandstoftank. U kunt het filter bekijken door aan de onderkant van de auto te kijken.
2. Gebruik oprijplaten om de auto van de grond te tillen en zet de auto veilig vast met kriksteunen.
3. Zoek de benzinetank en het zwarte cilindrische voorwerp onder de tank. Dit is het brandstoffilter.
4. Verwijder de twee brandstofleidingen om toegang te krijgen tot het brandstoffilter. Om de pijp te verwijderen, schuift u de clip naar voren of naar achteren en trekt u vervolgens de pijp eraf.
5. Draai het filter met een verstelbare sleutel linksom om het te verwijderen.
6. Neem de O-ringen van het oude filter en zorg ervoor dat ze in het nieuwe filter zijn geïnstalleerd voordat u het nieuwe filter in het daarvoor bestemde gat in de vloer schroeft.
7. Maak de brandstofleidingen weer vast en laat het voertuig zakken.
