2. Verwijder de verdelerkap en stel de timing af. Als de distributie niet goed is, draait u de bevestigingsbout van de verdeler los, draait u het verdelerhuis totdat de merktekens voor de distributie op één lijn staan, en draait u vervolgens de bevestigingsbout van de distributeur vast.
3. Sluit een distributielampje aan op bougiekabel nummer één van de motor. Start de motor en laat deze stationair draaien. Richt het distributielampje op de distributiemarkeringen op de krukaspoelie van de motor. De merktekens voor de distributie moeten in één lijn liggen met de wijzer op het distributiedeksel.
4. Als de merktekens niet op één lijn liggen, pas dan het verdelerhuis aan totdat dit wel het geval is.
5. Draai de bevestigingsbout van de verdeler vast en plaats de verdelerkap terug.