1. Versleten of beschadigde klepgeleiders.
* De motor verslijt na verloop van tijd, de speling tussen de klepgeleiders en de klepstelen kan groter worden, waardoor olie in de bougiebuis kan druppelen. Vervang versleten of beschadigde klepgeleiders en afdichtingen om olielekkage te voorkomen.
2. Versleten of beschadigde zuigerveren.
* Door versleten of beschadigde zuigerveren kan zich olie ophopen in de verbrandingskamer, die vervolgens in de bougiebuis kan lekken. Vervang versleten of beschadigde zuigerveren om olielekkage te voorkomen.
3. Overmatig blow-by.
* Overmatige blow-by, de beweging van verbrandingsgassen langs de zuigerveren, kan ertoe leiden dat olie uit het carter in de verbrandingskamer en de bougiebuis terechtkomt. Repareer eventuele onderliggende oorzaken van overmatig doorblazen, zoals versleten of beschadigde afdichtingen, lekkende kleppen en/of overmatige slijtage van de ringen, om te voorkomen dat olie langs de zuigerveren loopt en in de bougiebuis terechtkomt.
4. Lekkende pakkingen.
* Door lekkende pakkingen tussen de cilinderkop en het motorblok kan olie uit het motorblok in de bougiebuis terechtkomen. Vervang eventuele lekkende pakkingen of O-ringen om olielekkage te voorkomen.
Regelmatig motoronderhoud, inclusief olieverversingen en inspecties van deze potentiële lekpaden, kan helpen voorkomen dat olie in de bougiebuizen terechtkomt. Als u vermoedt dat er olie in uw bougieputten lekt, is het belangrijk om het onderliggende probleem te diagnosticeren en te repareren om schade aan uw motor te voorkomen.
