Verzamel het benodigde gereedschap. Je hebt de volgende hulpmiddelen nodig:
_ Een kruiskopschroevendraaier _
_ Een platte schroevendraaier _
_Een T25 torx-bit _
_Zoek de snelheidsbegrenzer.**_ De snelheidsbegrenzer bevindt zich aan de bestuurderszijde van de motorruimte. Het is een klein zwart doosje met de tekst ‘Speed Limiter’ erop.
_Koppel de stroomtoevoer naar de snelheidsbegrenzer los ._Koppel de elektrische connector los van de snelheidsbegrenzer. Het is een witte connector met een bruine draad en een zwarte draad. Zodra de connector is losgekoppeld, controleert u uw snelheidsbeperkingen door het voertuig te besturen
_Pas de snelheidsbegrenzer aan (optioneel). _ Als u de snelheidsbegrenzer wilt afstellen, gebruikt u de platte schroevendraaier om de aanslagschroef van het gasklephuis in kleine stappen af te stellen terwijl het voertuig rijdt
_Test de snelheidsbegrenzer ._ Test de snelheidsbegrenzer om er zeker van te zijn dat deze goed werkt. Het voertuig mag de ingestelde snelheidslimiet niet overschrijden
Sluit de voeding weer aan op de snelheidsbegrenzer. Sluit de witte connector opnieuw aan.
_Start de motor en test de snelheidsbegrenzer_._ De snelheidsbegrenzer moet op de gewenste snelheid worden ingesteld