1. Zoek de bobines. De bobines bevinden zich aan de bovenkant van de motor, vlakbij de bougies. Het zijn zwarte cilindrische componenten met aan elk een draad bevestigd.
2. Verwijder de oude bobines. Gebruik een dopsleutel van 10 mm om de bouten los te draaien die de bobines op hun plaats houden. Zodra de bouten los zijn, kunt u de bobines recht omhoog uit de motor trekken.
3. Inspecteer de oude bobines. Controleer de bobines op eventuele schade, zoals scheuren of corrosie. Als u schade opmerkt, vervang dan de bobine.
4. Installeer de nieuwe bobines. Plaats de nieuwe bobines in de motor. Zorg ervoor dat de pakkingen goed op hun plaats zitten. Draai de bouten vast waarmee de bobines op hun plaats worden gehouden.
5. Sluit de draden aan. Bevestig de draden aan de bobines. Zorg ervoor dat de draden goed zijn aangesloten.
6. Start de motor. Start de motor en controleer op eventuele problemen. Als de motor soepel loopt, zijn de bobines correct geïnstalleerd.