* Te weinig of vervuilde koppelingsvloeistof. De koppelingsvloeistof is verantwoordelijk voor het overbrengen van de kracht van de koppelingshoofdcilinder naar de koppelingswerkcilinder. Als het vloeistofpeil laag of vervuild is, kan de koppeling gaan slippen, waardoor het moeilijk wordt om de truck in of uit de versnelling te halen.
* Defecte hoofdkoppelingscilinder. De koppelingshoofdcilinder is verantwoordelijk voor het genereren van de hydraulische druk die de koppeling inschakelt. Als de hoofdcilinder defect is, kan dit ervoor zorgen dat de koppeling slipt of moeilijk in te schakelen is.
* Defecte koppelingswerkcilinder. De koppelingswerkcilinder is verantwoordelijk voor het bedienen van de koppelingsvork, die de koppeling inschakelt. Als de hulpcilinder defect is, kan de koppeling slippen of moeilijk in te schakelen zijn.
* Versleten koppelingsplaat. De koppelingsplaat is het deel van de koppeling dat daadwerkelijk in contact komt met het vliegwiel. Als de koppelingsplaat versleten is, kan de koppeling gaan slippen, waardoor het moeilijk wordt om de truck in of uit de versnelling te halen.
* Onjuiste uitlijning van koppelingscomponenten. Als de koppelingscomponenten niet goed zijn uitgelijnd, kan de koppeling gaan slippen of moeilijk ingrijpen. Dit kan worden veroorzaakt door een aantal factoren, zoals een beschadigde of verbogen koppelingsvork of een versleten druklager van de koppeling.
Als u dit probleem ondervindt, is het belangrijk om uw truck te laten inspecteren door een gekwalificeerde monteur om het probleem te diagnosticeren en de noodzakelijke reparaties aan te bevelen.