Het is van cruciaal belang om met volledig opgepompte banden te rijden en de bandenspanning regelmatig te controleren. Het verlagen van de bandenspanning verhoogt de wrijving tussen de weg en de band, wat kan leiden tot oververhitting of mogelijk een gevaarlijke klapband.
Regelmatige controle van de bandenspanning is belangrijk, vooral voor een lange autorit, omdat rijden met te lage banden niet alleen gevolgen heeft voor uw veiligheid, maar ook het brandstofverbruik van uw auto.
De juiste werking van een band is afhankelijk van verschillende elementen, waaronder het handhaven van de juiste bandenspanning op het door de fabrikant voorgestelde niveau. De volgende elementen helpen bij het handhaven van de juiste bandenspanning:
Raadpleeg de handleiding van de fabrikant of de informatie op de binnenkant van de brandstofvulklep als u twijfelt over de spanning in uw banden. Hier worden de belangrijkste bandenwaarden weergegeven, zoals het door de fabrikant voorgestelde bandenspanningsniveau of de bandenmaat.
Het vervangen van banden in een auto met dergelijke sensoren verschilt van het vervangen van banden in een auto zonder dergelijke sensoren. Het vereist specifieke apparatuur.
Automatische druksensoren van het Tyre-Pressure Monitoring System (TPMS) geven de bestuurder informatie over het bandenspanningsniveau en waarschuwen de bestuurder als de druk onder een veilig niveau daalt. Dit systeem is onderverdeeld in twee categorieën. Een vast onderdeel van auto's uit de midden- en economische klasse is het indirecte systeem, terwijl het directe systeem in high-end voertuigen wordt geplaatst en gegevens in realtime overdraagt.
